Geschreven bij Joona Linna - Lazarus
Lars Kepler onderscheidt zich met een denderende vertelstijl, geschreven als een actiefilm, puntig, snel en continu in beweging van cliff naar cliff. Ideaal leesvoer voor wie zich snel verveelt. De karakters zijn scherp, slim en creatief bedacht. In een mooie Scandinavische setting. Dat geldt voor de eerste zes delen, en ook weer voor dit zevende deel. Maar - voor het eerst - stelt het plot ernstig teleur. Het is gewoon één lange achtervolging tussen held en schurk, zonder verrassingen, mysteries of een twist. Nota bene een schurk die in een eerder boek al dood was gegaan, maar toch weer leefde (nou ja zeg!).
Groter bezwaar is dat het verhaal met de pagina ongeloofwaardiger wordt. De doden vallen bij bosjes, uiteindelijk een stuk of 30, allemaal even gruwelijk. Maar onze arme held moet de schurk in zijn eentje zien te stoppen, want de Zweedse politie vindt het geen prioriteit (ondanks 30 onschuldige lijken, hoe dan?). En de schurk kan alles. Hij kan overal komen, elk telefoongesprek ter wereld horen, iedereen vinden, alles betalen en overal wegkomen of ontsnappen zonder sporen. Hoe hij dit kan? Daar wordt geen woord over gerept. Als de schurk ergens het licht wil uitdoen, maakt hij onderweg eventjes snel een complete elektriciteitscentrale onklaar, zodat de hele stad zonder stroom zit. Als uitleg volstaat de schrijver met 'Op de een of andere manier.' Dat Kepler de meepuzzelende thrillerlezer niet erg serieus neemt, blijkt ook uit slordigheden in continuïteit. Het is begin december, vriest -20, maar de snelweg loopt vast door vakantieverkeer met caravans.
Omdat ik Kepler hoog heb zitten, heb ik het boek helemaal uitgelezen. Want - eerlijk is eerlijk - het leest als een raket en ik ben bereid hem (of eigenlijk hen) één minder boek te vergeven en uit te kijken naar deel acht. Maar ik houd m'n hart vast, want ondanks het simpele kat-en-muis-plot eindigt het verhaal open. Dus als het een beetje tegenzit, maakt Kepler het zichzelf weer makkelijk, snijdt hij in deel acht als de buik van de boze wolf open, komen oma en roodkapje weer vrolijk naar buiten en begint alles weer opnieuw.